Kwartierstaat Dispersyn
Mijn grootmoeder Lucia is geboren in Roeselare, maar haar wortels liggen in Brugge. Haar grootvader Louis Bernard verhuisde echter naar Roeselare, waar zijn nakomelingen zich verder vestigden.
Lucia was de jongste van 4 kinderen, allemaal meisjes. De twee oudste werden non. Maria Ludovica Augusta (Zr Stanislas) trad in het klooster in van de Dames van St.-Niklaas te Kortrijk. Julie Margaretha Marie (Zr Marie Angèle) trad in bij de Witte Zusters en werd daarna naar de missies in Congo gestuurd. Haar zus Josephine is ongehuwd gebleven en woonde in Elsene als gezelschapsdame van een Barones in Brussel. Haar vader Désirée, een timmerman in de Noordstraat overleed een half jaar na de geboorte van Lucia, 41 jaar oud. Zij heeft dus haar vader nooit gekend.
Hoe Lucia in contact gekomen is met Gustave Leenaert is onduidelijk. Haar moeder Mathilde Vandevelde kwam uit Gullegem bij Kortrijk. De Liste générale des brevetés de l'Imprimerie et de la Librairie1er Empire et Restauration vermeldt een Thérèse Dispersyn, weduwe Callewaert, die rond 1830 gevestigd was in Kortrijk. Zij waren drukker en bezaten een boekhandel te Kortrijk. Doordat mijn grootvader naast de drukkerij Callewaert in de Pluimstraat woonde is het best mogelijk dat hij op die manier in het boekbindersvak gerold is en daar een dochter Dispersyn heeft leren kennen.
Lucia woonde met Gustave eerst in de Pluimstraat en verhuisde daarna naar hun nieuwe woonst in de Veldstraat. Ze zou in 13 jaar tijd zes kinderen krijgen.
Na de geboorte van Thérèse in 1927 bleek Lucia, die toen al 44 was, vrij snel weer tekenen van zwangerschap te vertonen. Niets was minder waar. Na een 7-tal maanden bleek dat zij leed aan een ernstige buikvliesontsteking doordat een deel van de nageboorte achtergebleven was. Ze overleed in 1928, zes jonge kinderen achterlatend. Mijn moeder Yvonne zou daarop bij haar tante Zr. Stanislas op kostschool geplaatst worden bij de dames van St.-Niklaas aan de Voorstraat in Kortrijk. Gustave deed tevergeefs een beroep op de ongehuwde zus Josephine van zijn overleden vrouw om bij hem in te wonen en voor de kinderen te zorgen. Hij hertrouwde drie jaar later met Celine Cottem die aan de overkant woonde in de Veldstraat.
Zuster Marie Angèle stuurde vanuit het klooster in Brugge een gelukwens voor mijn huwelijk.