25 januari 2010

 

De dag dat ik toegelaten werd tot de orde van de onsterfelijken

Ondanks mijn zware verkoudheid was ik ineens helemaal klaar wakker. Het is alsof de duivel ermee speelde. Het bericht was zonneklaar: Vijf minuten na de start stortte een Boeing 737-800 in de Middellandse Zee, negentig passagiers de dood injagend. Waarschijnlijk door blikseminslag. Het had ons verhaal kunnen zijn, op de kop af drie jaar geleden in Pau. Ook toen was het de onderschatting van de kracht van de weergoden die ongenadig afgestraft werd. Gehaast vertrok de crew zonder acht te slaan op mogelijke ijsafzetting op de vleugel. Uit Beiroet vertrokken ze zonder te wachten totdat een zwaar onweer overgewaaid was. Maar bij ons hadden de engelbewaarders de overhand. Bij de onfortuinlijken in de Middellandse Zee was het een onbekende kracht die merkwaardig op dezelfde dag opnieuw toesloeg. Voor hun familie markeert dit ongeval de dag van het verlies van hun geliefden. Voor ons is vijfentwintig januari de dag waarop de fortuinlijken van vlucht AF 7775 elkaar weer opzoeken met een berichtje, nieuwe foto's, we elkaar sterkte toewensen, ook mopperen over het stilzwijgen van AF. Ook na drie jaar blijkt iedereen nog steeds terug te denken aan de miraculeuze goede afloop. Een zee op het eind van de startbaan, of bebouwing, of opstijgen in de meer gebruikelijke omgekeerde richting, ... en het was fataal geweest. Tja, de doodsangsten van de passagiers in de Boeing waren onze doodsangsten. Alleen, wij kunnen het navertellen en zij niet.