Een koffertje vol schriftjes
I just wish I could understand my father (Michael Jackson)
Mijn vader heeft geen koffertje achtergelaten vol schriftjes of boekjes met aantekeningen, mijmeringen, herinneringen, gedachten die terugblikken op mooie en minder mooie momenten. Nochtans moet hij gemijmerd hebben, nagedacht hebben, gedroomd hebben, ja, zelfs waanideeën gehad hebben terwijl hij zwijgzaam nadenkend eindeloos lang ijsbeerde rond de lange eettafel, zich voortslepend op zijn lederen pantoffels, met een strak gezicht trekkend aan zijn volgende Belga. Nochtans moet hij zich zorgen gemaakt hebben over zijn opgroeiende kroost, zijn onwillig hart, zijn onzekere toekomst, waarom een zaak verloren was. Zijn zaken, daar verhaalde hij over aan tafel of bij de klets over een pint met mijn moeder bij het fornuis in de keuken. Over zijn spitsvondigheden waarmee hij een verloren zaak gewonnen had. Over de dommigheid van een advocaat die de kansen van de tegenpartij verprutst had. Over een rechter die er niets van bakte en over dat alweer hilarische getuigenverhoor. Het was zijn façade, zijn masker, zijn voorgevel met daarachter zijn verborgen ziel. Een ziel die hij als een kostbare relikwie opgeborgen hield in de sarcofaag van zijn lichaam. Zelfs met het papier had hij geen pakt gesloten over zijn ziel. Nimmer zat hij heimelijk achter een schrijftafel zijn gedachten of gevoelens neer te pennen. Nimmer sloot hij zich op in de wereld van een verhaal in wording, waarvan niemand zou weten dat het er was, tenzij hij het ooit zou openbaren. Nee, er is geen spoor van zijn tweede “ik” achtergebleven. Ook niet van zijn moedeloze dagen na zijn 'hartverscheurende' ingreep. Ook niet toen het leven hem te zwaar viel en een verblijf bij de nonnen hem uit de put moest helpen. Ook niet tijdens de laatste fase van zijn leven verzonken in verzuchtende ledigheid. Nee, mijn vader heeft geen koffer vol schriftjes of boekjes achtergelaten. Geen spoor, geen blaadje, geen zinnetje, geen woordje. Zijn leven is geleefd en doorgegeven. Alleen de façade is overgebleven tot op de operatietafel die zijn sterfbed werd. Zonder afscheid, zonder opdracht voor het leven, zonder laatste handreiking, zonder laatste kus, zonder bemoediging bij zijn reis over de Styx. Dan verzucht ik. Had ik maar zijn koffertje vol schriftjes of boekjes. Wellicht had ik zoals Orhan Pamuk het koffertje eerst voor een lange tijd niet aangeraakt, wellicht zelfs genegeerd, gedaan alsof het niet bestond, er niet was, en getreuzeld om haar geheimen te ontfutselen. Met enige gêne zou ik dan toch op een zeker moment begonnen zijn met het bovenste schriftje op zoek naar zijn ziel achter de façade, gedreven door I just wish I could understand my father.